Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Keer weder, HEERE! [27]tot hoe lange? en [28]het berouwe U [29]over Uw knechten. 27. Te weten, vertoeft Gij; of zal het duren, dat Gij U van ons wendt. Of, eer Gij ons verlost. Zie hfdst.6 vs.4. 28. Anders, heb berouw. Zie Gen.6:6. Versta hierbij, dat Gij ons zo zwaarlijk geslagen hebt. 29. Dat is, over ons, die uwe knechten of uw volk zijn.